Historie
De oudste zeemansliederen die bekend zijn, stammen uit de vijftiende eeuw. Het zeemanslied kwam echter pas goed tot ontwikkeling aan het einde van de achttiende eeuw.

Er zijn drie categorieën zeemansliederen te onderscheiden:

Shanty's
Shanty’s dienden aan boord van de vroegere zeilschepen ter ondersteuning van het zware werk. Dat moest meestal in een bepaald vast tempo worden uitgevoerd. Shanty’s moesten ervoor zorgen dat de bemanning effectief en gecoördineerd bewoog. Op het ritme van een werklied is het ook makkelijker om het tempo vol te houden. De matrozen zongen de teksten onder andere bij het hijsen van de zeilen, het lichten van het anker, het brassen van de ra, het pompen en het laden en lossen.

Een shantyman (voorzanger) zong de coupletten en de matrozen de keerregels en de refreinen. De shantyman bepaalde het tempo. Hoe beter (sneller) hij voorzong, des te sneller deden de matrozen hun werk. Een goede voorzanger kreeg daarom extra betaald omdat ook toen al gold 'tijd is geld'. Meer lezen over shanty's?

Ceremoniële liedjes
Ceremoniële liedjes hebben direct betrekking op het leven en werken aan boord. Deze liedjes werden op vaste tijden gezongen, bijvoorbeeld tijdens het wisselen van de wacht of bij het wekken van de matrozen. Ook bij plechtige gelegenheden als een begrafenis zong de bemanning een ceremonieel lied.

Een ceremonieel lied begon vaak met het vragen van de aandacht en vervolgens gaf de zanger de boodschap door. Tegenwoordig zouden we verbaasd reageren als de dokter zijn spreekuur zingend zou aankondigen met: 'Kreupelen en blinden, komt, laat u verbinden'. Vroeger was dat aan boord heel gewoon.

Populaire volksliedjes
In tegenstelling tot shanty’s en ceremoniële liedjes, die alleen aan boord werden gezongen, ontstonden de populaire volksliedjes aan de wal. Veel volksliedjes zijn zelfs geschreven door mensen die nooit op zee zijn geweest. Vaak combineren deze volksliedjes vrolijke en ernstige voorvallen uit het zeemansleven. Je hoorde ze in zeemanskroegen, op bruiloften en partijen en op kermissen. Maar als er aan boord reden was om feest te vieren (bijvoorbeeld na het passeren van gevaarlijke banken en klippen), dan werden ze aan boord ook gezongen.

Meestal is er wel iets van een moraal of propaganda in te vinden. Soms waarschuwt de tekst voor lichtzinnig gedrag, maar dikwijls worden de liefjes-uit-de-haven in het lied juist bezongen als lokmiddel om toch vooral aan te monsteren.